Veel van Peter Coveney’s werk ligt op het snijvlak van de informatica, computationele wetenschap, theoretische natuurkunde, scheikunde, biogeneeskunde en toegepaste wiskunde. Hij ontwikkelt theorieën, algoritmen en toepassingen die op veel van de krachtigste computers ter wereld draaien. Veel van Coveney’s huidige werk richt zich op uiterst schaalbare rooster-Boltzmannmethoden voor het simuleren van bloedstroming en moleculaire dynamica voor toepassingen op het gebied van geneesmiddelenontdekking en gepersonaliseerde behandeling. Dit omvat multischaal-modelleringsmethoden en workflows om dergelijke berekeningen toe te passen op de volgende generatie exaschaal supercomputers, met methoden voor verificatie, validatie en onzekerheidskwantificering voor de daaruit voortvloeiende simulaties.

Als bijzonder hoogleraar zal Coveney onderzoek doen om codes te ontwikkelen die efficiënt werken op de grootste petaschaalsystemen van nu en op de exaschaalsystemen die naar verwachting in de komende jaren operationeel worden. Zijn onderzoek richt zich tevens op het ontwerpen van omgevingen voor het oplossen van complexe problemen, bijvoorbeeld voor ondersteuning bij klinische besluitvorming.

Over Peter Coveney

Peter Coveney is hoogleraar fysische chemie en directeur van het Centre for Computational Science (CCS) van het University College London (UCL). Hij is tevens honorair hoogleraar informatica aan het UCL en adjunct-hoogleraar aan de School of Medicine van Yale University.

Coveney heeft veel grootschalige projecten geleid, waaronder het project RealityGrid (2001-09) van de EPSRC, de Britse wetenschapsfinancier voor bèta en techniek. Hij heeft op internationaal niveau bijgedragen aan high-performance computing (HPC). Coveney was hoofdonderzoeker van talrijke door de EPSRC en de EU gesubsidieerde projecten, waaronder Virtual Physiological Human Network of Excellence (2008-13). Hij was voorzitter van de Britse stuurgroep Collaborative Computational Projects en lid van organisatiecomités voor congressen, waaronder het Nobelsymposium over zelforganisatie in 2002. Hij was in 2003 voorzitter van het congres Discrete Simulation of Fluid Dynamics en in 2008 van de Britse e-Science All-Hands Meeting. Hij is momenteel projectleider van diverse grote, door de EU gesubsidieerde projecten, waaronder CompBioMed, CompBioMed2 (2016-2023) en VECMA (2018-2021), die zich richten op computermethoden voor biomedische toepassingen en op het faciliteren van diverse grootschalige multischaaltoepassingen op multipetaschaal- en exaschaalcomputers.

Coveney heeft een aantal prestigieuze prijzen op zijn naam staan, waaronder die voor Innovative Applications of Artificial Intelligence van de American Association for the Advancement of Science (1996), de SC HPC Challenge Award (2003), de ISC Integrated Data and Information Management Award (2004) en de SC Inaugural HPC Analytics Challenge Award (2005). Hij heeft veel subsidies in de wacht gesleept van de National Science Foundation en Department of Energy (DoE) in de VS en ook veel Europese subsidies voor supercomputing (DEISA en PRACE), wat hem toegang verschafte tot verschillende petaschaalcomputers. Hij is hoofdonderzoeker van het INSPIRE-project (INCITE INtegrated and Scalable PredictIon of REsistance) van DoE, dat de basis legt voor het gebruik van moleculaire simulaties en machine leren om precisiebehandelingen bij kanker te sturen. Onlangs kreeg hij een subsidie voor toegang tot Summit (op dit moment de snelste supercomputer ter wereld) en Titan (de huidige nummer vier).

Coveney is medeoprichter van de E-Infrastructure Leadership Council van de Britse overheid en aangewezen deskundige van de Britse Medical Academy voor de Prime Minister's Council voor wetenschap en technologie op het gebied van data, algoritmen en modellering.

Coveney heeft ruim 400 wetenschappelijke artikelen gepubliceerd in verschillende internationale, peer-reviewed tijdschriften en is lid van de redactieraad van de Philosophical Transactions of the Royal Society A en hetJournal of Computational Science.Hij heeft drie boeken geschreven, The Arrow of Time, Frontiers of Complexity en Computational Biomedicine, het eerste lesboek over dit onderwerp (Oxford University Press, 2014).Hij is de houder van 10 octrooien en heeft software uitgebracht, waaronder LB3D, Application Hosting Environment, HemeLB en HYPO4D.