Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.

Dhr. prof. dr. M.J.Heineman (1952) is benoemd tot hoogleraar Verloskunde en Gynaecologie aan de Faculteit der Geneeskunde van de Universiteit van Amsterdam (UvA). Heineman is tevens benoemd tot voorzitter van de divisie Verloskunde en Gynaecologie van het Academisch Medisch Centrum (AMC).

Maas Jan Heineman studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) en werd opgeleid tot gynaecoloog in het Sint Radboud Ziekenhuis in Nijmegen en het De Wever Ziekenhuis in Heerlen. Hij promoveerde in 1982 op het proefschrift The Polycystic Ovary Syndrome. Van 1984 tot 1987 maakte Heineman deel uit van de maatschap gynaecologie van het Sint Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein en van 1987 tot 1996 was hij lid van de maatschap gynaecologie van het De Wever Ziekenhuis.

Heineman werd in 1996 benoemd tot hoogleraar Voortplantingsgeneeskunde aan de Faculteit der Medische Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Hij was aanvankelijk hoofd van de onderafdeling Gynaecologie van het Academisch Ziekenhuis Groningen (AZG) - tegenwoordig het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG); in 2002 werd hij hoofd van de afdeling Obstetrie en Gynaecologie (O&G). In 2002 en 2004 werd hij door de Faculteit der Medische Wetenschappen van de RUG verkozen tot ‘Docent van het Jaar’.

Heineman was van 1999 tot 2003 respectievelijk vice-voorzitter en voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG). Sinds 1999 is hij hoofdredacteur van het Nederlands leerboek Obstetrie en Gynaecologie. De afgelopen jaren heeft Heineman zich - als voorzitter van de projectgroep G2010 - intensief beziggehouden met de ontwikkeling van het nieuwe bekwaamheidsgestuurde curriculum Geneeskunde (G2010) van het UMCG.

In zijn nieuwe functies beschouwt Heineman het als zijn belangrijkste taken om leiding te geven aan de kliniek en te participeren in het klinisch evaluatieonderzoek van de obstetrie, gynaecologie en voortplantingsgeneeskunde. Daarnaast wil hij zich inspannen voor de ontwikkeling van de lijn professioneel gedrag binnen het nieuwe curriculum Geneeskunde van het AMC, en wil hij inhoud geven aan de ontwikkeling van een sterke Onderwijs en Opleiding Regio (OOR) Amsterdam. Hierbij zal de implementatie van belangrijke veranderingen in de medische vervolgopleidingen veel aandacht vragen.