Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
In april 2021 staan de UvA en het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies stil bij het 20-jarig bestaan van het onderwijs- en onderzoeksprogramma Holocaust- en genocidestudies in Nederland. Wat ooit met drie studenten begon, groeide uit tot een uniek en internationaal programma dat studenten en onderzoekers aantrekt vanuit de hele wereld.
Red Terror Martyrs' Memorial Museum, Ethiopië (Foto: Adam Jones)
Red Terror Martyrs' Memorial Museum, Ethiopië (Foto: Adam Jones)

Deze maand is het precies 20 jaar geleden dat de Nederlandse regering, de UvA en het NIOD besloten tot oprichting van een centrum voor Holocaust- en genocidestudies. Die oprichting hing samen met de ondertekening van de Declaration of the Stockholm International Forum on the Holocaust (2000), waarmee Nederland beloofde zich actief in te zetten voor het wetenschappelijk onderzoek en onderwijs op dit gebied.

Het nieuw opgerichte centrum kreeg als mandaat te zorgen voor onderzoek, universitair onderwijs en educatie, en bij te dragen aan het publieke debat. Het bijbehorende masterprogramma begon in 2003 met drie studenten, vertelt Nanci Adler, hoogleraar Herinnering, geschiedenis en recht in relatie tot regimewisselingen. ‘We begonnen met een Nederlandstalige master die vooral op de Holocaust was gericht. Door de jaren heen kwamen er steeds meer internationale studenten en zijn we volledig overgestapt op het Engels.’ Tegenwoordig krijgt het programma, dat uniek is in Nederland, ieder jaar veel aanmeldingen en moet het streng selecteren.

Het vakgebied breidt zich uit

De instroom van internationale studenten was ook een motor voor inhoudelijke verbreding van het programma, vertelt Adler. ‘De studenten brachten hun eigen interesses mee. Ze wilden zich bijvoorbeeld richten op andere genociden dan de Holocaust, en op transitional justice – vraagstukken rondom de nasleep van massaal politiek geweld.’ Inmiddels bestuderen de studenten en onderzoekers gevallen van genocide en massaal geweld op allerlei plekken in de wereld. Zo promoveert onderzoeker Dirk Roodzant op 23 april 2021 op een onderzoek naar de Armeense genocide, en richten andere onderzoeken zich bijvoorbeeld op Rwanda en Cambodja. In 2020 werd onderzoeker Uğur Ümit Üngör, gespecialiseerd in onder andere vergelijkende genocidestudies en geweld in het Midden-Oosten, benoemd tot hoogleraar Holocaust- en genocidestudies.

Copyright: UvA
Genocide, oorlog en geweld hebben een lange schaduw. Nanci Adler, hoogleraar Herinnering, geschiedenis en recht in relatie tot regimewisselingen

In de toekomst verwacht Adler nog meer inhoudelijke verbreding. ‘Het vakgebied breidt zich steeds verder uit. Denk bijvoorbeeld aan daderstudies: door daders te interviewen kunnen we meer te weten komen over de mechanismen achter geweld en terreur. Daarnaast zullen we ons meer gaan richten op de tweede en derde generatie van Holocaustslachtoffers. De meeste mensen die de Holocaust hebben overleefd zijn inmiddels niet meer in leven, maar hun kinderen en kleinkinderen hebben er nog steeds mee te maken. Genocide, oorlog en geweld hebben een lange schaduw, inclusief de nasleep van kolonisatie.’

Over de grenzen van specialismen heen

Ter gelegenheid van het 20-jarig bestaan van het programma vond op 9 april een internationaal symposium plaats, Holocaust and Genocide Studies: Looking Backward, Moving Forward. Tijdens het symposium werd teruggekeken op de ontwikkelingen in het vakgebied en vooruitgekeken naar de toekomst. Een van de belangrijkste doelstellingen van het symposium was het samenbrengen van de verschillende intellectuele gemeenschappen die zich bezighouden met de studie van oorlog, genocide en Holocaust.

Copyright: FGw
Als we onze kennis bundelen in een bredere intellectuele beweging, kunnen we meer inzicht verwerven in de oorzaken en samenhang. Uğur Ümit Üngör, hoogleraar Holocaust- en genocidestudies

‘Door de vertakkingen in de wetenschap ontstaat een verkokering, een tunnelvisie waarbij je als onderzoeker vergeet andere onderzoeksvelden mee te nemen in je gedachtegang en onderzoek’, legde hoogleraar Uğur Ümit Üngör uit, die gastheer was van het symposium. ‘Dit symposium wilde onderzoekers van massaal geweld en genocide helpen hun blik te verbreden, over de grenzen van hun specialismen en disciplines heen. Niet alleen historici bestuderen massaal geweld en genocide, maar ook antropologen, sociologen, politicologen. Als we onze kennis zouden bundelen in een bredere intellectuele beweging, kunnen we meer inzicht verwerven in de oorzaken en samenhang.’

Het symposium werd uitgezonden vanuit De Balie en was te volgen via een digitale livestream. Naast gastheer Uğur Ümit Üngör en keynote sprekers Carol Gluck, Amos Goldberg, Stathis Kalyvas, Siniša Malešević en Dirk Moses, spraken ook Nanci Adler, Jolle Demmers, Eva Kovacs, Omar McDoom, Kristin Platt, Ismee Tames, Thijs Bouwknegt en Laurien Vastenhout. 

Prof. dr. N.D. (Nanci) Adler

Faculteit der Geesteswetenschappen

Geschiedenis

Prof. dr. U.Ü. (Ugur) Üngör

Faculteit der Geesteswetenschappen

Geschiedenis