Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Toen ontdekkingsreizigers in de negentiende eeuw verslag deden van de nevelwouden van de Ecuadoraanse Andes, spraken zij van een ongerepte natuur. Het gebied was echter verre van ongerept: honderden jaren van intensief landgebruik door de inheemse bevolking - met vergaande ontbossing - waren voorafgegaan. Een internationaal onderzoeksteam van de Universiteit van Amsterdam, de Open University (Verenigd Koninkrijk) en het Institute of Earth Sciences Jaume Almera - ICTJA-CSIC (Spanje) werpt in een recent gepubliceerde studie in Nature Ecology and Evolution nieuw licht op de veerkracht van ecosystemen met een hoge biodiversiteit na langdurig menselijk ingrijpen.
Nick Loughlin
Foto: Nick Loughlin

De nevelwouden van de Andes, regenwouden met een zeer hoge vochtigheidsgraad, hebben een zeer hoge biodiversiteit en behoren tot de meestbedreigde milieus op aarde. ‘Als we deze bossen willen behouden en herstellen, is het essentieel om hun geschiedenis te begrijpen’, schetst paleo-ecoloog William Gosling van het Institute for Biodiversity and Ecosystem Dynamics van de UvA. ‘Daarom reconstrueerden we de impact van mensen op de nevelbossen van Ecuador over de afgelopen 1.000 jaar. We kozen hierbij specifiek voor de Quijos-vallei. Deze is namelijk gelegen in wat ooit een belangrijke handelsroute was tussen het Inca-rijk en de inheemse bevolking van het Amazonegebied en was daarna ook de route die Spaanse veroveraars namen toen ze daar op zoek gingen naar goud, zilver en kaneel.’

Beeld bij persbericht Loughlin & Gosling
De Quijos-vallei in Ecuador was ooit onderdeel van een belangrijke handelsroute tussen het Inca-rijk en de inheemse bevolking van het amazonegebieden. De grens tussen deze gebieden wordt op de kaart weergegeven met een stippellijn.

Catastrofale ontvolking

Met behulp van een drijvend platform haalden de onderzoekers sedimenten uit een meer en dateerden deze met behulp van koolstofdatering om de laatste 1.000 jaar in kaart te brengen. Met pollen, schimmelsporen en koolstof die geconserveerd waren in het sediment, reconstrueerden zij het historische landschap, en vergeleken het met het huidige landschap en de periode voordat de eerste mensen arriveerden in Zuid-Amerika.

Beeld bij persbericht Loughlin & Gosling
Een pollendiagram van het onderzochte meer in de Quijos-vallei, Ecuador. De leeftijd van het sediment werd bepaald met koolstofdatering. De silhouetten weergeven van links naar rechts de cultivatieperiode: landgebruik door de inheemse bevolking, opstand van de inheemse bevolking (1578), beschrijving van de regio in de 19e eeuw (1857) en het begin van veehouderij (ca. 1950).

Voorafgaand aan de komst van kolonisten uit Europa maakte de inheemse bevolking zeer intensief gebruik van het land. Hun landgebruik blijkt voor meer aantasting en ontbossing te hebben gezorgd dan de veehouderij van nu. Rond 1588 kwam hier abrupt een einde aan door de clash tussen de inheemse gemeenschappen en de kolonisten. Dit leidde tot een catastrofale ontvolking van de regio, waarmee het intensieve landgebruik stopte. ‘Vervolgens heeft het ecosysteem zich in zo’n 130 jaar volledig hersteld en kregen de bossen weer dezelfde vorm en structuur als in de tijd dat er nog geen mensen leefden op het continent’, aldus Nicholas Loughlin van de Open University die het project leidde als onderdeel van zijn promotieonderzoek. ‘De negentiende-eeuwse ontdekkingsreizigers die verslag deden van een ongerepte wildernis, wisten destijds niet dat ze eigenlijk een ‘veranderde’ ecologische standaard zagen, die was beïnvloed door honderden jaren van menselijke activiteit.’

Hoop op herstel

De studie biedt hoop dat gebieden die door intensief landgebruik zijn aangetast, kunnen worden hersteld en tegelijkertijd leidt het onderzoek tot nieuwe inzichten in de cultuur van inheemse bevolkingsgroepen in Zuid-Amerika. ‘We hebben nu uitsluitend gekeken naar de Quijos-vallei. De vraag is natuurlijk hoe kenmerkend dit gebied is voor de Andes als geheel. We willen ons onderzoek dan ook gaan uitbreiden naar de oostelijke Andesnevelwouden in Ecuador’, besluit Gosling.

Publicatiegegevens

Nicholas J.D. Loughlin, William D. Gosling, Patricia Mothes & Encarni Montoya: ‘Ecological Consequences of Post-Columbian Indigenous Depopulation in the Andean-Amazonian Corridor’, in: Nature Ecology and Evolution, 16 juli 2018. DOI: 10.1038/s41559-018-0602-7