Urogynaecoloog Jan-Paul Roovers richt zich in zijn onderzoek op de diagnostiek van anatomische en functionele problemen van de bekkenbodem. Hij doet met name onderzoek naar zorgvuldige introductie en evaluatie van nieuwe operatieve technieken voor vrouwen met urine-incontinentie en/of een vaginale verzakking. In samenwerking met collega’s van gerenommeerde centra in binnen- en buitenland verricht hij translationeel onderzoek naar de mogelijkheid om bekkenbodemschade te reduceren en werkt hij aan de ontwikkeling van een nieuw type implantaat om vrouwen met een vaginale verzakking te behandelen.

Binnen Roovers’ leeropdracht is, naast het continueren van de onderzoekslijnen en onderwijs aan studenten en aio’s, plaats ingeruimd voor het invulling geven aan optimaal geïntegreerde gynaecologische zorg. Hierbij wordt hoog-complexe gynaecologische zorg in de academische centra geconcentreerd en laag- en midden-complexe operatieve zorg in de tweede lijn, en de niet-operatieve zorg - ondersteund door de tweede lijn - vindt zoveel mogelijk plaats in de eerste lijn.

Roovers promoveerde aan de Universiteit Utrecht en volgde zijn opleiding tot gynaecoloog in het UMC Utrecht en het TweeSteden Ziekenhuis Tilburg. Hij was fellow urogynaecologie in het UZ Gasthuisberg in Leuven. Sinds 2006 werkt hij als urogynaecoloog bij de afdeling Obstetrie en Gynaecologie van het AMC, waar hij sinds 2012 hoofd is van de afdeling Gynaecologie. Daarnaast is Roovers sinds 2008 als medisch directeur verbonden aan Bergman Clinics Vrouwenzorg in Amsterdam.

Roovers heeft een groot aantal publicaties in wetenschappelijke vaktijdschriften op zijn naam staan, onder meer in de British Medical Journal, de Lancet en de New England Journal of Medicine. Roovers is voorzitter van de opleidingscommissie van de International Urogynaecology Association, voorzitter van de multidisciplinaire richtlijn prolaps, en voorzitter van de wetenschappelijke commissie van de European Urogynaecology Association.