Phyllis Spuls doet onderzoek naar de effectiviteit en veiligheid - zowel op de korte als de lange termijn - van bestaande en nieuwe dermatologische behandelingen. Dit ook in het kader van de ontwikkeling van nationale en internationale richtlijnen op haar vakgebied. Klinisch is Spuls werkzaam als algemeen dermatoloog en dermatoloog gespecialiseerd in inflammatoire dermatosen (dagbehandelingscentrum en biologic polikliniek) met als specifiek aandachtsgebied psoriasis en atopisch eczeem.

De komende jaren richt Spuls zich in haar onderzoek op evidence-based dermatologie met de focus op inflammatoire dermatosen. Daarbij kijkt ze in het bijzonder naar de methodologie van klinisch onderzoek, diagnostische criteria en uitkomstparameters. Spuls werkt aan systematische literatuuroverzichten. Deze literatuuroverzichten dienen als basis voor richtlijnontwikkeling en om hiaten in evidence te detecteren en op te vullen. Spuls wil daarnaast een expertisecentrum voor psoriasis en atopisch eczeem opzetten met registraties van patiëntengegevens.

Phyllis Spuls vertelt over haar onderzoek.

Spuls werkt sinds 2005 als dermatoloog in het AMC, waar ze in 2008 hoofd werd van het klinisch onderzoek binnen de afdeling Dermatologie. In 2010 werd ze benoemd tot principal investigator bij dezelfde afdeling. Tussen 2002 en 2005 was Spuls als dermatoloog/onderzoeker verbonden aan het Mount Sinai Medical Center in New York (VS). Dit jaar won ze de Gouden Leeuw Dermatologieprijs. Deze prijs wordt jaarlijks uitgereikt aan een dermatoloog die zich inzet voor een verbetering van de patiëntenzorg. Binnen de Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie en de Nederlandse Vereniging voor Experimentele Dermatologie bekleedt Spuls meerdere functies.

Spuls heeft verschillende onderzoeksubsidies verworven, onder andere meerdere keren van ZonMW. Ze is associate editor van het Journal of Investigative Dermatology en section editor van het British Journal of Dermatology. Daarnaast heeft Spuls publicaties in verschillende vakbladen op haar naam staan, onder meer in het New England Journal of Medicine, het Journal of Allergy and Clinical Immunology en PLOS One.