Cees Breederveld, algemeen directeur van het Nederlandse Rode Kruis, wil studenten niet alleen onderwijzen over de hulpverlening, maar ze er ook bij betrekken. Dit wil hij doen door de landen te bezoeken waar de nood het hoogst is, zoals bijvoorbeeld Sierra Leone. Het Rode Kruis helpt daar in moeder- en kindklinieken de mortaliteit te verminderen. De wetenschappelijke stages hebben als doel de effectiviteit van noodhulp te onderzoeken. Daarnaast vindt Breederveld het leerzaam voor studenten om in het buitenland te ontdekken dat mensen met een aanzienlijk lagere opleiding en minder kennis dan zijzelf heel veel praktische kennis hebben en daarmee een onmisbare schakel zijn in de zorg.

Basale kennis van de Eerste Hulp is volgens Breederveld ook in Nederland onontbeerlijk. ‘Zoveel mogelijk mensen moeten weten wat ze moeten doen bij noodsituaties om onnodige slachtoffers te voorkomen. Want zelfs in Nederland zijn er regelmatig situaties waar medische voorzieningen niet direct voor handen zijn. Meer wetenschappelijke kennis over de effectiviteit van EHBO kan het Rode Kruis helpen meer mensen te overtuigen van het belang van de EHBO.’

Breederveld  studeerde geneeskunde aan de Universiteit van Amsterdam. Hij promoveerde in 1981 tot doctor in de geneeskunde en werd in Amsterdam opgeleid tot kinderarts.  Hij werkte tot 1990 als universitair hoofddocent en academisch specialist kindergeneeskunde in het AMC. Daarna was hij werkzaam in diverse ziekenhuizen in Nederland en Suriname als bestuurder. Sinds 2005 is hij algemeen directeur van het Nederlandse Rode Kruis.