Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Mw. prof. dr. A. Mol is benoemd tot hoogleraar Antropologie van het Lichaam aan de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen.
Mw. prof. dr. A. Mol (1958) is benoemd tot hoogleraar Antropologie van het Lichaam aan de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam (UvA).

Annemarie Mol richt zich in haar onderzoek op de grondslagen van de sociale wetenschappen. Haar speciale belangstelling gaat uit naar de menselijke lichamelijkheid en de materialiteit van het bestaan. Met welke andere methoden en andere woorden zouden die beter verwerkt kunnen worden in de sociale, socio-materiële theorievorming? In haar boek The Body Multiple (Duke University Press, 2002) demonstreerde Mol daartoe een mogelijkheid: het gedetailleerd etnografisch onderzoeken van praktijken maakt het mogelijk om ‘het lichaam' te leren kennen als een, telkens andere, ‘dader die wordt gedaan'. In De logica van het zorgen (Uitgeverij Van Gennep, 2006) thematiseerde Mol het proces van kennen en interveniëren in lichamen. Ze betoogde dat de grilligheid van lichamen met zich meebrengt dat ‘dokteren' meer perspectief biedt dan ‘controleren' en liet zij zien dat ook technieken grillig zijn.

In een serie artikelen over metaforen als ‘netwerk', ‘vloeistof' en ‘semipermeabele grenzen' stelde Mol de verplaatsbaarheid van dingen (waterpompen, virussen) en praktijken (meten, diagnosticeren) aan de orde. Daarbij ging het vooral om de geografische verplaatsbaarheid van het mondiale noorden naar het zuiden en omgekeerd. Op dit moment richt Mol zich in haar onderzoek op eten. Eten is niet alleen biologisch en sociaal, maar ook intiem en mondiaal. Socio-materiële verhoudingen onderzoeken aan de hand van eten geeft dan ook nieuwe inzichten in de verbanden en de verschillen tussen mensen wereldwijd. En waar ‘handelen' in de Westerse traditie vooral begrepen is vanuit het letterlijk bewegen van de handen, doet zich de vraag voor wat er gebeurt als we er ‘eten' model voor laten staan.

Mol was sinds 2008 aan de UvA werkzaam als Socrates Hoogleraar Theorie, Humanisme & Materialiteit. Voor die tijd was ze vanaf 1996 Socrates Hoogleraar Politieke filosofie en senior onderzoeker aan de Universiteit Twente. Ook werkte ze als postdoc aan de Universiteit Maastricht en de Universiteit Utrecht en als junior onderzoeker aan de Rijksuniversiteit Groningen. Mol is sinds 2006 lid van de Sociaal Wetenschappelijke Raad van het KNAW. Voor haar boek The Body Multiple ontving Mol de Ludwig Fleck Prize en de Sociology of Health and Illness Book Prize. In 2009 kende de European Research Commision haar een ERC Advanced Grant toe om onderzoek te doen naar The Eating Body in Western Theory and Practice.