Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Dhr. dr. E. A. de Jong is benoemd tot bijzonder hoogleraar Cultuur, landschap en natuur aan de Faculteit der Geesteswetenschappen.
Foto: Jeroen Oerlemans

Dhr. dr. E. A. de Jong (1954) is benoemd tot bijzonder hoogleraar Cultuur, landschap en natuur aan de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam (UvA). De zogenoemde Artis-leerstoel is ingesteld vanwege de Stichting Natura Artis Magistra in samenwerking met het Fonds voor beeldende kunsten, vormgeving en bouwkunst (Fonds BKVB).

Natura Artis Magistra (‘de natuur is de leermeesteres van kunst en wetenschap'), het motto van Artis, is uitgangspunt voor de bijzondere leerstoel. Erik de Jong gaat onderzoek doen naar en onderwijs geven op het gebied van de geesteswetenschappelijke problematiek van cultuur in relatie tot landschap en natuur, waarbij de natuur in brede zin wordt benaderd. Daarnaast zal hij zich richten op het waarborgen van erfgoed, zowel natuurhistorisch als landschappelijk, cultuurhistorisch en architectonisch. Verder zal De Jong zich bezighouden met de actuele betekenis van het negentiende- en twintigste-eeuwse stadspark en zijn mogelijkheden voor de hedendaagse stedelijke ontwikkeling. De Jong gaat college geven bij het onderwijsinstituut Kunst-, religie- en cutuurwetenschappen van de UvA, in het bijzonder aan studenten van de opleidingen Algemene cultuurwetenschappen en de masteropleidingen op het gebied van cultureel erfgoed en museumstudies.

De samenhang van cultuur, natuur en landschap

Natuur, landschap en cultuur vormen de drie grootheden van ons bestaan. De Artis-leerstoel geeft de mogelijkheid om hun samenhang in een toenemende verstedelijkende samenleving met verdiepte aandacht en zorg vanuit de cultuurwetenschappen integraal te benaderen. Natuur en landschap zijn een oneindige inspiratie- en kennisbron voor en in onze cultuur. Hun receptie en verwerking zegt veel over de cultuur waarin wij, nationaal en internationaal, leven. Sinds de 16de eeuw bestuderen zowel wetenschappers als kunstenaars natuur en landschap om hun verschijningsvormen en rijkdom aan functies en betekenissen. Levende en dode natuur worden al lang verzameld en gepresenteerd als onderdeel van het kennen en begrijpen van de wereld. We vinden ze terug in het specifieke erfgoed van wetenschappelijke collecties zoals dierentuinen, bibliotheken en natuurhistorische musea. Nieuwe aandacht voor het bewaren, actualiseren en publiek maken van dit erfgoed, is sterk verbonden met de groeiende betekenis die we landschap en natuur op het moment in wetenschappelijke, educatieve en algemeen culturele zin toekennen.

Landschappen worden in onze cultuur bedacht, ontworpen en gemaakt: de polder, het stadspark, het recreatiegebied, de (dieren)tuin, het natuurgebied of nieuwe natuur getuigen ieder voor zich van onze diverse omgang met en verwachting van natuur en landschap. Opvattingen over natuur zijn ten diepste verbonden met onze spirituele, filosofische, literaire en emotionele ervaringswereld en het vraagstuk van onze identiteit. Beleving van natuur en landschap bepaalt in hoge mate gedachten over rentmeesterschap ten aanzien van natuur en landschap (of: het ontbreken daarvan) en daarmee over mens-zijn en cultuur. Vraagstukken omtrent biodiversiteit, duurzaamheid, voedsel, klimaatbeheersing en water raken alle aan onze culturele omgang met natuur en landschap. Hoe ver kunnen we gaan met ingrijpen, manipuleren en transformeren en waar dienen we te beschermen en nieuwe, respectvolle verstandhoudingen te zoeken zodat natuur, landschap en cultuur op hun eigen voorwaarden en in samenhang beschouwd kunnen worden? Hoe kunnen we vanuit de geesteswetenschappen de wisselwerking tussen cultuur, natuur en landschap opnieuw versterken en betekenis geven in onderwijs, onderzoek en educatie? Deze en andere vraagstukken zullen centraal staan in De Jongs onderwijs en onderzoek.

Wetenschappelijke loopbaan

De Jong is sinds 2006 als universitair hoofddocent Geschiedenis en Theorie werkzaam bij de Leerstoelgroep Landschapsarchitectuur van Wageningen University. Daarnaast is hij directeur van FonsFontis, Adviesbureau voor Tuin, Park en Landschap. Erfgoed, Cultuurgeschiedenis en Educatie. Van 2002 tot 2008 was De Jong als senior fellow op het terrein van tuin- en landschapsstudies verbonden aan Dumbarton Oaks (Washington DC), een onderzoeksinstituut van Harvard University. Van 2002 tot 2006 was hij tevens hoogleraar Garden History and Landscape Studies aan het Bard Graduate Center for Decorative Arts, Design and Culture (New York). De Jong bekleedde van 2004 tot 2007 de Clusius-leerstoel Geschiedenis van de Tuin- en Landschapsarchitectuur aan de Universiteit Leiden. De Jong is verbonden aan Artis als adviseur van de vernieuwingsplannen.